In 1974-1981 is de kerk grondig gerestaureerd.
Toen werd het tongewelf weer in al haar ere hersteld en werden resten gevonden van de
fundamenten van de oude toren uit 1200. De schilderingen in de kerk dateren uit 1633.
Blijkens een ingemetselde steen in de muur van het kerkgebouw heeft men in 1930-1932 het
uitwendige van het gebouw gerestaureerd ,onder beheer van Kerkvoogden L. ten Wolde,
president, B. Roeles, secretaris, H. Van Drosten, J. Scholten en A.J. Aberson. Sinds 1981
bevindt zich in het zuidkoor van de Grote Kerk een 74 cm hoog eikenhouten beeldje van de
heilige Sint Adelbertus. Ooit, in 1570, werd dit beeld door pastoor J. Roberink uit Steen-wijk
geschonken aan de eerste aartsbisschop van Utrecht, Frederik Schenck van Toutenburg. Dat
gebeurde dus in de tijd dat nog de naweeën gevoeld werden van de Beeldenstorm. Mogelijk
heeft pastoor Roberink door deze schenking het beeldje voor vernieling willen behoeden. Het
is voor onbepaalde tijd in bruikleen afgestaan door het Rijksmuseum Het Catharijne Convent
in Utrecht. De maker van het beeld is onbekend, maar wie was deze Adelbertus? Adel-bertus
was een uit Northumberland (Engeland) afkomstige diaken die, samen met Willibrord, in 690
vanuit Ierland het Kanaal zou zijn overgestoken om in onze streken te prediken en wonde-ren
te verrichten. Hij zou een zeer nederig persoon zijn geweest. Na zijn dood op 25 juni 740 werd
hij door de dorpelingen van Egmond begraven en werd er boven zijn graf een kapelletje
gebouwd. Na zijn dood gebeurden er vele wonderen, zodat er veel pelgrims naar zijn graf
kwamen. Nog altijd wordt het gebeente van Adelbertus, de schutspatroon van Egmond,
vereerd in de kapel van het benedictijner klooster in Egmond-Binnen. Daar onder het altaar, ligt
sinds 1984 de zorgvuldig uit minuscule brokstukjes gereconstrueerde schedel van Adelbertus.
Deze schedel, waarvan de exacte ouderdom is vastgesteld, werd toen op feestelijke wijze over-gebracht van de Adelbertusakker naar de abdijkerk.
Adelbertus wordt in andere bronnen mees-tal afgebeeld als aartsdiaken met een geopend boek en een lelie in zijn hand. Omdat hij van koninklijke afkomst
zou zijn, ziet men soms aan zijn voeten een kroon en een scepter. Het geheel werd officieel weer in gebruik genomen door Koningin Beatrix en prins Claus
op 2 mei 1981,na een grondige restauratie van 1974 - 1981.